De tijdelijke wet met maatregelen voor zogenoemde ’turboliquidaties’ wordt met twee jaar verlengd. Deze wet zorgt voor meer transparantie en betere rechtsbescherming voor schuldeisers. Ook helpt de wet om misbruik van turboliquidaties tegen te gaan.
Turboliquidaties bieden ondernemers de mogelijkheid om snel en eenvoudig te stoppen met hun bedrijf, wanneer er geen waardevolle bezittingen meer zijn.
Dat kan bijvoorbeeld handig zijn om de laatste voorraden te verkopen en met de opbrengst zoveel mogelijk schulden af te lossen. Het alternatief is vaak een faillissement, waarbij schuldeisers meestal minder van hun geld terugzien.
Meer transparantie
De tijdelijke wet maakt het proces transparanter, versterkt de positie van schuldeisers en voorkomt misbruik. Zo ben je als ondernemer verplicht om schuldeisers schriftelijk te informeren over het beëindigen van je bedrijf. Daarnaast moet je bij een turboliquidatie financiële verantwoording afleggen bij de Kamer van Koophandel. Hierdoor wordt duidelijk waar de laatste opbrengsten naartoe zijn gegaan en waarom niet alle schulden konden worden betaald.
Er bestaat een risico op misbruik als er toch nog schulden blijven liggen. Dankzij de transparantiemaatregelen uit de wet kunnen schuldeisers in actie komen. Ze kunnen bijvoorbeeld inzage eisen in de administratie, bestuurders aansprakelijk stellen of via de rechter proberen de turboliquidatie terug te draaien.
Misbruik maken van een turboliquidatie is strafbaar volgens de Wet economische delicten en kan leiden tot een bestuursverbod van maximaal vijf jaar.
Op weg naar een permanente regeling
Uit de evaluatie van de tijdelijke wet blijkt dat de doelen grotendeels worden bereikt. Door de verplichte financiële verantwoording is er meer transparantie en een sterkere rechtspositie voor schuldeisers. Daarom wil de staatssecretaris een wetswijziging voorbereiden om de regeling permanent te maken.
Wel blijkt uit de evaluatie dat de handhaving op turboliquidaties verbeterd moet worden. Dit punt wordt meegenomen in de voorbereiding van de permanente wet. In de tussentijd wordt de huidige regeling met twee jaar verlengd, zodat de bestaande voorzieningen behouden blijven.